Denn es wird die pousane schallen

Denn es wird die pousane schallen

Siehe, ich sage euch ein Geheimnis:
Wir werden nicht alle entschlafen,
wir werden aber alle verwandelt werden;
und dasselbige plötzlich,
in einem Augenblick,
zu der Zeit der letzten Posaune.
Denn es wird die Posaune schallen,
und die Toten werden auferstehen unverweslich, und wir werden verwandelt werden.
(Ein Deutsches requiem, VI Denn wir haben hie keine bleibende statt, Brahms.)


Koetjes en kalfjes.Weilanden vol.
Behalve in mijn hoofd.
Regelmatig monsters uit de toekomst.
Niemand die ze ziet.
Daar zorg ik wel voor.
Ik doe of ik ook dat kloten vee zie.
Het gaat me goed af.
Ik zit in de achtste maand na de diagnose. Het voelt alsof veel mensen er niet meer echt bij stil staan. Ik wel, elke dag. Of durft niemand er over te beginnen, willen ze me ontzien? Het valt ook niet op bij mij. Mijn medicijnen werken boven verwachting goed en ik heb de energie van jaren geleden. Maar dat is uiterlijk, want in mijn hoofd klopt het niet.
Dat voel ik dagelijks. Stijve nek, misselijk, evenwichtsproblemen, druk in mijn hoofd, een gezicht dat strak aanvoelt. En dat is alleen nog maar fysiek. Regelmatig voel ik de kracht uit mijn linkerarm en hand verdwijnen. Meestal controleer ik dan direct hoe erg mijn hand trilt. Ik houd er rekening mee dat het niet lang duurt voordat ik zal vallen. Evenwichtsproblemen beginnen af en toe op te komen. Net iets te vaak wankel ik of moet ik steun zoeken. Volgens mij kan ik het nog aardig verbergen, of iedereen doet of ze het niet zien. Dat zou me ook niks verbazen. Misschien let ik er ook wel teveel op en valt het voorlopig me
De onzekerheid. Intussen laat ik zo weinig mogelijk merken aan de mensen om me heen. Ik ben niet zielig. Af en toe het er oppervlakkig over hebben zou ik wel prettig vinden. Ik ben ik. En Parkinson hoort nu bij mijn ik. Dus ook daar mag iedereen over praten. Als ik daar zin in heb. Dat dan weer wel.
En dan nog wat er zich afspeelt tussen mijn oren. Dáárover praten hoeft dan weer niet. De angsten zijn er af en toe. Vlug wegdrukken lukt vaak wel, maar niet altijd. Dan ga ik denken over de toekomst met eventuele problemen als slecht communiceren, slikken of mijn grootste angst … Alzheimer. Dement worden en dan van voor niet meer weten dat je van achteren leeft.
Op een moment met zulke gedachten kan ik mijn ontspanning en afleiding vinden in muziek. Bijvoorbeeld het requiem hierboven. Dramatisch. Maar voor een requiem, een dodenmis, is deze hoopvol.


En af en toe, als de angst weer toeslaat, denk ik: ‘Laat die bazuinen maar schallen’.

Denn es wird die pousane schallen
Schuiven naar boven